64 tinten grijs

We zijn toegekomen aan het derde deel van de statistiekenreeks die ik deze zomer op onze website plaats (deel 1) (deel 2). Deze week ligt de focus op het effect van de speelkleur op ieders resultaten. Welke schakers hebben het meeste voordeel van wit? En wie scoort eigenlijk heel goed met zwart? Voor welke kleur kan jij meer training gebruiken?

Aangezien de witspeler mag beginnen heeft deze een tempo meer, wat ontegenzeggelijk een voordeel zou moeten zijn. Toch is dit voordeel niet gigantisch. Wereldwijde databases tonen aan dat wit gemiddeld net iets minder dan 55% scoort, tegenover ruim 45% voor zwart. Hierbij telt een overwinning als 100%, een remise als 50% en een nederlaag als 0%. Binnen onze interne competitie zien we een vergelijkbare verdeling. In de afgelopen 10 seizoenen heeft wit 53,2% gescoord tegenover zwart 46,8% (over een totaal van 4888 klassieke interne partijen). In 100 partijen scoort de witspeler dus 6,4 punten meer dan de zwartspeler (waarbij een overwinning 1 punt is, een remise 0,5 punt en een nederlaag 0 punten).

Dit verschil tussen wit en zwart heb ik hieronder op individueel niveau gepresenteerd. Voor deze statistiek zijn alleen de clubgenoten opgenomen die minimaal 10 partijen hebben gespeeld met zowel wit als zwart. In de tabel worden de scoringspercentages en de aantallen partijen met beide speelkleuren gepresenteerd, maar de focus ligt op het verschil tussen beide scoringspercentages. Dit verschil is een maatstaf voor witvoordeel. Je kan deze parameter interpreteren als: Het gemiddeld aantal extra punten dat je haalt in 100 klassieke interne partijen met wit, ten opzichte van het aantal punten dat je met zwart zou halen in dezelfde 100 partijen. De tabel is gesorteerd van de grootste witspecialist naar de grootste zwartspecialist.

Bij sommige schakers is het verschil tussen wit en zwart best groot. Zo scoorde Sjors Hes gemiddeld 68,2% met wit en slechts 33,3% met zwart. Een andere opvallende witspeler is Jan Zwart, die ondanks zijn achternaam ondermaats scoorde met zwart. Van de huidige clubgenoten zijn Dick Nicola en Mats Bakker de experts die veel beter met wit spelen. Van Mats is bekend dat hij gebaat is bij activiteit en initiatief, dit is makkelijker te bereiken met wit. Aan de andere kant van het spectrum hebben we ook 17 zwartspecialisten. Shahem Ekhder scoort met zwart bijvoorbeeld 58,3% en met wit slechts 42,3%. De tweede zwartspecialist is Erik Schat, die erom bekend staat op zijn best te zijn als de openingstheorie verlaten wordt. Met zwart lukt hem dit beter dan met wit. In onderstaande tabel vind je de kleurverschillen van al jouw favoriete (ex-)clubgenoten.



Verschil tussen witscore en zwartscore interne competitie sv Heerhugowaard 2013-2023
Volgorde Schaker % Wit # Wit % Zwart # Zwart Witvoordeel
1
Sjors Hes
68,2
33
33,3
36
34,85
2
Martijn Aartsen
66,7
12
37,5
12
29,17
3
Dick Nicola
40,0
15
12,5
12
27,50
4
Roel Bakker
70,4
27
45,7
23
24,72
5
Bert van Brenk
65,7
67
44,5
73
21,15
6
Ronald van Ewijk
57,6
79
36,6
71
20,98
7
Jean-Paul Ory
82,1
14
61,5
13
20,60
8
Jan Zwart
23,8
21
4,0
25
19,81
9
Mats Bakker
62,0
71
42,4
66
19,55
10
Thomas P.J. van Langen
61,5
13
42,3
13
19,23
11
Maaike Keetman
80,8
13
62,5
12
18,27
12
Sander Gosselaar
68,2
11
50,0
13
18,18
13
Jasper van Vianen
65,8
19
47,7
22
18,06
14
Richard van Diepen
73,5
49
56,3
48
17,22
15
Henk de Waal
50,0
105
36,4
99
13,64
16
Peter Wuis
50,0
61
36,8
57
13,16
17
Hans van Koningsbruggen
48,2
111
35,2
108
13,01
18
Salo Delden
40,3
77
27,3
77
12,99
19
Diederik Werther
54,5
11
41,7
12
12,88
20
William Thomson
55,9
93
43,1
102
12,78
21
Rob Spaans
65,2
79
52,7
75
12,52
22
Robert van Veen
58,0
56
46,5
57
11,54
23
André van den Heuvel
48,4
32
37,1
31
11,34
24
Justin van Ingen
54,9
72
44,6
74
10,27
25
Rens Rensen
38,0
121
28,3
120
9,68
26
Lucas Oliveira
65,5
29
56,1
33
9,46
27
Wijnand Buding
48,0
25
38,7
31
9,29
28
René Blokker
56,3
96
47,0
101
9,22
29
Edwin Vermeulen
55,6
90
46,4
83
9,17
30
Oscar van Ewijk
66,0
25
56,9
29
9,10
31
Piet M. Konijn
58,1
124
49,6
129
8,45
32
Siem Appelman
54,5
89
46,1
89
8,43
33
Jan Blom
58,3
18
50,0
20
8,33
34
Dennis Keetman
79,8
94
71,7
92
8,05
35
Jessica Sijs
48,6
71
40,7
70
7,88
36
Richard Gooijers
54,3
35
47,2
36
7,06
37
Jan Barteling
56,9
58
50,0
64
6,90
38
Henk Rijksen
58,1
37
51,3
38
6,79
39
Adri Maijers
49,6
118
42,9
113
6,66
40
Rob van Dijk
42,6
95
36,1
104
6,57
41
Piet van Veelen
49,1
117
42,8
118
6,35
42
Gerrit van Oostrum
64,1
78
57,8
77
6,31
43
Emiel Piek
52,1
120
45,8
120
6,25
44
Sandra Keetman
69,3
44
63,2
38
6,16
45
René Groenendijk
49,2
63
43,1
65
6,13
46
Piet Manni
52,7
56
46,7
60
6,01
47
Maarten de Haas
55,2
124
49,6
121
5,66
48
Robbert van Doorn
54,2
36
48,5
34
5,64
49
John Nieuwland
47,7
44
42,7
48
5,02
50
Hein Schut
67,1
35
62,2
37
4,98
51
Gerard Reijnen
44,6
102
40,2
112
4,43
52
Gerard Groenveld
46,7
120
42,3
117
4,36
53
Karel Otto
50,0
14
45,8
12
4,17
54
Patrick Westermolen
13,3
15
10,0
15
3,33
55
Piet C. Konijn
50,8
124
47,5
120
3,31
56
Kevin Tan
81,3
24
78,6
28
2,68
57
Eric de Jong
48,5
103
45,9
98
2,63
58
Willem Groot
42,7
116
40,7
118
1,99
59
Auke Nicolai
41,7
66
39,9
69
1,81
60
Kacper Paraszczuk
35,0
10
33,3
12
1,67
61
Hans de Jong
55,6
98
54,0
100
1,61
62
Kasper van der Meulen
59,5
126
58,1
118
1,47
63
Karel Keesman
54,6
98
53,5
100
1,09
64
Casper Schat
45,8
24
45,2
21
0,60
65
Marijn Wester
77,6
29
77,6
29
0,00
Hennie de Vries
50,0
11
50,0
12
0,00
Rinaldo Espis
50,0
12
50,0
11
0,00
68
Carlo Oud
48,1
52
48,2
56
-0,14
69
Peter Hoekstra
70,5
22
71,7
23
-1,28
70
Tom Roelofszen
60,7
28
62,1
29
-1,35
71
Nico Dekker
44,7
47
46,2
52
-1,47
72
Chris Holdorp
55,1
69
56,7
75
-1,59
73
Dinant Terweijden
52,7
37
54,4
34
-1,71
74
Johan Wester
66,0
97
68,0
86
-2,04
75
Martijn van Hout
71,4
21
73,7
19
-2,26
76
Nico Duin
50,6
87
54,7
86
-4,08
77
Dale Neijzing
50,0
19
57,1
14
-7,14
78
Dennis Zijp
50,0
19
57,5
20
-7,50
79
Sergo Asoév
46,3
27
55,3
19
-8,97
80
Tom Lambooij
43,1
36
52,4
41
-9,38
81
Roy Rietbergen
42,7
41
52,8
36
-10,09
82
Ilse Brans
25,8
95
36,0
82
-10,19
83
Erik Schat
52,8
18
65,2
23
-12,44
84
Shahem Ekhder
42,3
13
58,3
12
-16,03